Het is het ideaal van iedere reiziger. Door nacht en ontij, maar het kan ook op een stralende dag zijn in willekeurig welk seizoen, na een lange tocht de contouren te zien opdoemen van de bestemming. Tegen een lege lucht, in alle stilte. Zo heeft menig bezoeker in de afgelopen 400 jaar zich verwelkomd geweten door Oortjeshekken. Ooit een herberg, nu een hotel en restaurant met het beroemdste terras van heel Gelderland.
Het pand van Oortjeshekken is gebouwd tegen een vroegere dijk op. Het adres luidt niet voor niets de Erlecomsedam, naar het 3 km verder gelegen dorpje aan de Waal. Door de dijkbouw bestaat Oortjeshekken uit een beneden- en een bovenhuis met 13 kamers en 32 bedden. Iedere kamer is anders en daardoor uniek omdat ze de ene keer zijn gemaakt in de vroegere hooizolder of huiskamer en de andere keer in wat ooit een bedstee of keuken was. De kamers in het benedenhuis hebben een terrasje of grenzen aan de tuin. In het bovenhuis daarentegen kijken de kamers en dus ook de gasten uit op water, tuin of weilanden. Alle hotelgasten hebben toegang tot de hoteltuin, een oase van rust. Aan de andere kant van het pand is het in de zomer op het terras een aangename drukte van belang, met bezoekers die vooral van de natuur willen genieten. Want dat kan volop, bij en rond Oortjeshekken.
Aan de eclectische architectuur van het gemeentelijk monument Oortjeshekken is wel te zien dat het bouwjaar 1899 moet kloppen. Maar uit de kelders en gewelven blijkt dat dit niet het eerste pand is dat hier staat: de datering van de fundering wijst op een eerdere herberg die hier rond 1600 wordt gebouwd, met de naam De Sluis volgens de overlevering althans. Diezelfde overlevering geeft als verklaring voor de naam Oortjeshekken het Duitse Ort an die Ecke of het oortje (muntstuk) dat moet worden betaald om het vroegere hek bij de herberg te passeren.
Wat er al die eeuwen precies met die herberg is gebeurd, daar ligt de sluier van de geschiedenis overheen. Maar aan het souterrain van het gebouw is wel te zien dat er ooit een grote brand moet zijn geweest, waarna het huidige pand op de oude fundering is neergezet. Het blokvormige hoofdgebouw krijgt dan een schilddak en een symmetrische voorgevel met middenrisaliet. Het pand heeft altijd een horecabestemming gehad, hoewel er ook andere economische activiteiten plaatsvinden. Zo worden hier winkels gedreven, boerenbedrijven gerund en cafés uitgebaat.
Het laatste café, waar de familie Spierings de scepter zwaait, is van ouderwetse snit en bedient vooral de boeren uit de omgeving. In 1980 nemen Jan Willems en Mieke Scheepers het over, gevolgd in 2002 door Rob van der Palen en Anton Renac, in 2009 door Margreet Hertsenberg en Hent Scholten en sinds 2024 wordt de sfeer bepaald door Theo en Sanne Reijnen. Deze nieuwe generaties uitbaters hebben, met alle respect voor het verleden, Oortjeshekken gemaakt tot wat het nu is: een droom van een herberg op een prachtige dijk, in een mooi natuurgebied.
Wie Ooij zegt, denkt aan de Ooijpolder. Deze polder ten noordoosten van het dorpje Ooij maakt deel uit van de Duffelt, een laaggelegen streek tussen het Nederlandse Nijmegen en het Duitse Kleef. De laagvlakte kenmerkt zich door weids platteland met boerderijen vaak op hoge wierden als getuigen van het vroegere overstromingsgevaar.
Dit is bij uitstek een wandelgebied. Terwijl de grote stad Nijmegen vlakbij ligt, heerst hier de stilte en het water en het boerenbedrijf bepalen wat er allemaal te zien valt. Als het om levende have gaat: runderen, maar ook konikpaarden. Er is een tiental wandelroutes in dit gebied uitgezet. Zo loopt er een route door het schilderachtige gebied van de Oude Waal en Groenlanden (10 km), een andere gaat door het binnen- en buitendijkse land bij de Bisonbaai (5,5 km) waar je ook kunt zwemmen, weer een andere langs de restanten van het voormalige Kasteel Ooij (3 km) en ook is er een route bij het Wylerbergmeer en de Thornse Molen (5 km). De meeste routes gaan over boerenland dat nog steeds gewoon in gebruik is.
Ook de fietsers laten in de Ooijpolder de benen spreken. Dankzij hun grotere actieradius kunnen zij meer plaatsen in de omgeving bezoeken, waaronder Kekeldom, Millingen aan den Rijn, Leuth en Berg en Dal. Zoals de laatste naam al aanduidt, is het niet allemaal vlak rijden. Maar wel heel mooi.
Nijmegen prijst zichzelf aan als de oudste stad van Nederland. Dat mag ook wel, gezien de aanwezigheid van de Romeinen hier in een ver verleden. Rond het begin van onze jaartelling arriveren zij op deze strategisch belangrijke heuvel waar zij hun nederzetting Ulpia Noviomagus Batavorum stichten. Onder de Grote Kerk in Elst liggen nog de resten van een Gallo-Romeinse tempel. In Berg en Dal zijn drie dammen en drie geulen de overblijfselen van wat vroeger een Romeins aquaduct was. In Nijmegen zelf is een bezoek aan museum Het Valkhof aan te raden. Andere interessante musea: het Museum Kasteel Wijchen, het Afrika Museum en het Vrijheidsmuseum.
De tegenpool van Nijmegen is het Duitse Kleef, een levendige stad vol met fonteinen, monumenten, parken, musea en niet te vergeten de Schwanenburg, het kasteel waar de sage van de zwaanridder is geworteld. Vergeet niet de Kleefse tuinen te bezoeken, aangelegd rond 1660 in opdracht van stadhouder Johan Maurits van Nassau-Siegen, die van het Mauritshuis in Den Haag. Ten noordwesten van Kleef ligt Düffelt - Kellener Altrhein und Flussmarschen. Dit maakt deel uit van Gelderse Poort, een Duits-Nederlands natuurgebied waar ook de Ooijpolder deel van uitmaakt. En zo zijn we weer terug bij het begin.
Bronnen: Oortjeshekken | fietsnetwerk.nl, Kleve Wirtschaft & Tourismus, natur-erleben-nrw.de, nsg.naturschutzinformationen.nrw, nz-kleve.de, visitnijmegen.com, wandelenindeooijpolder.nl, Wikipedia
Pictogrammen: koe Makeable APS (iconfinder), hek freepik.com
In de natuur, op een dijk in het Rijk van Nijmegen
Oortjeshekken
Erlecomsedam 4
6576 JW Ooij
(024) 663 12 88
info@oortjeshekken.nl
https://www.oortjeshekken.nl/
Dagelijks 08.30-22.00/23.00 uur
1600 | 1899
Theo en Sanne Reijnen (2024)
Erlecomsedam 4, 6576 JW Ooij, NL